Tips voor beter en efficiënter stoken

Er is niets lekkerder en leuker dan uw huis warm te stoken met houtkachel of haard. De warmte van een houtkachel of haard is behaaglijk en voelt anders dan de warmte van een centrale verwarming. Een verkeerde manier van stoken kan echter voor frustraties zorgen en de sfeer bederven. Als er ineens een grote zwarte rookwolk naar binnen komt, zal niemand daar blij mee zijn. De vraag is dan, hoe stook ik het best? In dit blogartikel worden wat tips en adviezen gegeven om de houtkachel perfect te laten branden. Met een optimale verbranding is het rendement van een houtkachel ook het hoogst.

Waar moet ik op letten bij de houtkeuze?

Om een volledige verbranding te krijgen dient het haardhout goed droog te zijn. Een hoger vochtpercentage dan 25% wordt afgeraden. Let er ook op dat het hout niet te groot is. Als een blok een diameter heeft van 15cm, zal het lastig zijn om dit zonder rook te verbranden. De lengte van het hout is niet heel belangrijk. Uiteraard is verf of olie op hout uit den boze.

Welk hout kan ik gebruiken in mijn houtkachel of haard?

De meest voorkomende houtsoorten zijn: essenhout, beukenhout, eikenhout, berkenhout en elzenhout. In ons artikel over haardhout kunt u meer informatie vinden over de verschillende houtsoorten. U kunt daar lezen hoe elke houtsoort brandt en welk hout u het beste kunt gebruiken.

Hoe begin ik met het stoken?

Het beste kunt u uw houtkachel of haard aansteken met de Zwitserse methode. U maakt een stapel met grotere blokken en legt bovenop de kleinste houtjes. Daarboven kunt u aanmaakblokjes gebruiken. De stapel wordt bovenop aangestoken, waardoor er weinig rookontwikkeling is. Zorg ervoor dat de luchttoevoer en afvoer volledig openstaan. Afhankelijk van de kachel of haard zet u ook de deur een klein stukje open. Als het vuur eenmaal goed brandt, kunt u de kachel gaan regelen.

Wat doe ik als het vuur aan is?

Als het vuur aan is, is het van belang dat er nieuw hout wordt toegevoegd. U kunt de deur van de kachel of haard openen en plaatst de gewenste hoeveelheid hout in de kachel (niet teveel). Sluit de deur en zet de luchttoevoer een korte tijd helemaal open. Zodra het hout vlam heeft gevat kan de kachel weer geregeld worden naar een lagere stand.

Als het buiten erg koud, nat of winderig is, kan het wat lastiger zijn om de kachel of haard aan te krijgen. Zorg daarom altijd voor een goede windkap/trekkap bovenop uw schoorsteen en let op de weersomstandigheden. Ook kan een afzuigkap of open raam ervoor zorgen dat de rook niet het rookkanaal in wil. Doe dan de afzuigkap of het raam dicht en open die pas weer als de kachel brand. De meeste kachels hebben ook een mogelijkheid voor een externe luchttoevoer. Daarmee heeft u minder last van een afzuigkap of raam. Wilt u meer advies over het stoken, bel ons gerust op of kom langs in onze kachelshowroom in Nijkerk. U kunt dan samen met ons de manier van stoken doorlopen.